Navigeren door de veranderingen in het belasten van vermogen

Het belasten van vermogen: het raakt veel mensen, waaronder ook veel MKB-ondernemers, en is al langer een doorn in het oog voor het kabinet. Want: hoe belast je dit op een eerlijke manier? De afgelopen jaren is steeds meer gebleken dat de huidige manier niet langer past bij de huidige tijd. Dus is er werk aan de winkel. De kamer is druk met een voorstel naar aanleiding van een uitspraak van de Hoge Raad. We leggen uit hoe het zit, bespreken de aanstaande veranderingen en delen onze persoonlijke visie.

 

Even terug: waarom belasten we vermogen?

Eenvoudig gezegd, vermogen genereert inkomen. Niet alleen voor jou als ondernemer, door het rendement of de rente, maar ook voor de Belastingdienst. Het is een manier om bij te dragen aan de algemene middelen van ons land. Of je nu spaart, belegt, of investeert, het idee is dat je vermogen ook voor jou werkt. En daarom belast de overheid het.

 

Zo belasten we vermogen momenteel

Op dit moment wordt je vermogen belast op basis van een forfaitair rendement. Dat betekent dat de Belastingdienst een fictief rendement toepast op jouw banktegoeden en andere bezittingen, los van wat je daadwerkelijk verdient. Voor de aangifte 2023 kijk je naar je vermogen op 1 januari 2023. Banktegoeden hebben een fictief rendement van 0,92%, andere bezittingen 6,17%, en schulden worden verrekend tegen 2,46%. Over dit fictieve rendement betaal je 32% belasting. Maar, zoals je misschien al aanvoelt, sluit dit systeem niet altijd aan bij de werkelijkheid.

 

Een voorbeeld: je hebt € 50.000 euro op je spaarrekening staan op 1-1-2023. Het fictieve rendement waar de belastingdienst van uit gaat is 0,92% hiervan, dus € 460,-. Over dit fictieve rendement betaal je 32% belasting. Je betaalt over je vermogen dan ook € 147,20.

 

Actualiteit: wens voor verandering

De kern van de huidige discussie draait om het fictieve rendement. Velen betalen belasting over een rendement dat ze in werkelijkheid niet zien. Dit wringt, vooral nu de rente op spaargeld al lang niet meer zo hoog is als bij intrede van dit systeem. De wens is dat er veranderingen moeten komen die meer recht doen aan het daadwerkelijk behaalde rendement. Het voorstel is dan ook om werkelijk rendement te gaan belasten in plaats van fictief. Voor de persoon in kwestie kan dit zowel voordelig als nadelig gaan uitpakken.

 

Gevolgen van het belasten van werkelijk rendement

Het voorstel van het kabinet om het werkelijke rendement te gaan belasten, brengt zowel uitdagingen als kansen met zich mee. Ja, het betekent meer administratief werk, maar het zorgt ook voor een eerlijker beeld van wat je daadwerkelijk verdient met je vermogen. De grote vraag blijft hoe dit uitpakt voor investeringen in aandelen en onroerend goed, want daarin geniet je het rendement meestal niet, omdat deze investeringen meestal voor langere termijn blijven staan. De verwachting is dat onroerend goed pas belast wordt bij de verkoop, en bij aandelen wel direct.

 

Visie van AACC

Antoine, directeur van AACC en diep geworteld in de fiscale wereld, deelt een optimistische kijk. Hij herinnert ons aan de dagen dat Box 3 nog als de ‘pretbox’ werd gezien, waarbij men uitging van haalbare rendementen. De verschuiving naar belasting op werkelijk rendement ziet hij als een stap in de goede richting, hoewel hij de potentiële administratieve lastenverzwaring erkent. Antoine blijft zich bijscholen en in gesprek met collega’s om zijn kennis actueel te houden en ons te kunnen voorzien van de meest accurate adviezen.

Bij AACC begrijpen we dat deze wijzigingen vragen kunnen oproepen. We staan klaar om je te ondersteunen en adviseren. Neem vrijblijvend contact op met AACC Accountants & Bedrijfsadviseurs. Wij staan voor je klaar voor hulp en advies.